Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Ereste Geschriften - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    HOOFDSTUK 16: VOORBEREIDING OP HET EINDE

    De Heer toonde mij op de 7de September 1850, te Oswego, N.Y., dat er een groot werk gedaan moet worden voor Zijn volk, voordat zij zouden kunnen bestaan in de slag van de dag des Heren. Ik werd gewezen op diegenen, die beweren Adventisten te zijn, maar die de tegenwoordige waarheid verwerpen, en zag dat zij aan het vervallen waren, en dat de hand des Heren in hun midden werkte om hen nu in de tijd van inzameling te verdelen en te verstrooien, zodat de kostbare juwelen onder hen, die vroeger misleid zijn geworden, de ogen mogen open doen en hun ware staat aanschouwen. En nu, wanneer de waarheid hun door de boodschappers des Heren voorgedragen wordt, zijn zij bereid om te luisteren, de schoonheid en harmonie ervan in te zien, hun vroegere vrienden en dwalingen te verlaten, de kostbare waarheid te omhelzen, en te staan waar zij hun stelling kunnen verklaren.EG 74.1

    Ik zag, dat degenen, die zich tegen de Sabbat des Heren kanten, de Bijbel niet konden nemen en aantonen, dat onze stelling onjuist is; daarom belasterden zij degenen, die de waarheid geloven en leren, en vallen het karakter van die mensen aan. Velen, die tevoren nauw van geweten waren, en God en Zijn woord liefhadden, zijn zo verhard geworden, doordat zij het licht van de waarheid hebben verworpen, dat zij niet aarzelen om degenen, die de waarheid van de heilige Sabbat liefhebben, op boze wijze in een verkeerd daglicht te stellen en hen vals te beschuldigen, indien zij daardoor de invloed kunnen benadelen van degenen, die onbevreesd voor de waarheid uitkomen. Doch deze dingen zullen Gods werk niet tegenhouden. Inderdaad, deze wijze van handelen van de zijde dergenen, die de waarheid haten, zal juist het middel zijn om de ogen van sommigen te openen. Iedere kostbare steen zal uitgezocht en toevergaderd worden, want de hand des Heren is uitgestrekt om het overblijfsel van Zijn volk te verzamelen, en Hij zal dat werk op heerlike wijze volbrengen.EG 74.2

    Wij, die de waarheid geloven, moeten zeer voorzichtig zijn om geen aanleiding te geven dat men kwaad kan spreken van onze goede daden. Wij behoren te weten, dat iedere stap, welke wij nemen, in overeenstemming is met de Bijbel; want zij, die de geboden Gods haten, zullen zich verheugen over onze misstappen en fouten, gelijk de goddelozen dat in 1843 deden.EG 75.1

    Op de i4de Mei 1851 aanschouwde ik de schoonheid en lieflikheid van Jezus. Terwijl ik Zijn heerlikheid zag, kwam de gedachte niet bij mij op, dat ik ooit van Zijn tegenwoordigheid gescheiden zou worden. Ik zag een licht komen uit de heerlikheid, welke de Yader omringde, en terwijl het nader tot mij kwam, begon mijn lichaam te beven, en schudde ik als een blad. Ik dacht dat wanneer het dicht bij mij zou komen, ik doodgeslagen zou worden; maar het licht ging aan mij voorbij. Toen kon ik enigszins een besef krijgen van de grote en vreselike God, met Wie wij te doen hebben. Ik zag toen, welke zwakke denkbeelden sommigen zich vormen van de heiligheid van God, en hoe zeer zij Zijn heilige en eerbiedwaardige naam ijdel gebruiken, zonder te beseffen, dat het God is, de grote en vreselike God, over Wie zij spreken. In het gebed gebruiken velen onverschillige oneerbiedige uitdrukkingen, die de tedere Geest des Heren grieven, en de oorzaak zijn dat hun gebeden uit de hemel buitengesloten worden.EG 75.2

    Ik zag ook dat velen niet beseffen, wat zij moeten worden om voor Gods aangezicht te kunnen leven zonder dat er een hogepriester in het heiligdom is gedurende de tijd der benauwdheid. Zij, die het zegel van de levende God ontvangen, en beschermd zullen worden in de tijd der benauwdheid, moeten het beeld van Jezus volkomen weerspiegelen.EG 76.1

    Ik zag dat velen de voorbereiding, die zo zeer nodig is, verwaarloosden, en rekenden op de tijd der “verkoeling” en de “spade regen,” om lien geschikt te maken om te staan in de dag des Heren, en voor Zijn aangezicht te leven. O, hoe velen heb ik in de tijd der benauwdheid zonder beschutting gezien! Zij hadden de nodige voorbereiding verzuimd; derhalve konden zij de verkoeling niet ontvangen, die alien moeten hebben om hen geschikt te maken om voor het aangezicht van een heilige God te leven. Zij, die weigeren om door de profeten gevormd te worden, en die hun zielen niet reinigen door de gehele waarheid te gehoorzamen, en gaarne geloven, dat hun toestand veel beter is, dan die wezenlik is, zullen komen tot de tijd, waarin de plagen uitgegoten worden, en dan inzien, dat zij uitgehouwen en gevormd hadden moeten worden voor het gebouw. Maar dan zal er geen tijd zijn om dit te doen, en geen Middelaar om hun zaak te bepleiten voor de Vader. Voor die tijd zal de vreselike verklaring afgekondigd zijn: “Die onrecht doet, dat hij nog onrecht doe; en die vuil is, dat hij nog vuil worde; en die heilig is, dat hij nog geheiligd worde.” Ik zag, dat niemand deel kan nemen aan de “verkoelinq” tenzij hij eerst de overwinning behaald heeft over iedere lievelingszonde, over hoogmoed, zelfzucht, liefde tot de wereld, en over ieder verkeerd woord en iedere verkeerde daad. Wij moeten dus nader en nader tot de Heer komen, en ernstig die voorbereiding zoeken, die ons in staat zal stellen om staande te blijven in de slag van de dag des Heren. Laat ons eraan gedenken, dat God heilig is, en dat alleen heilige wezens ooit in Zijn tegenwoordigheid kunnen verkeren.EG 76.2

    *****

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents