Velen van onze predikers hebben een grote fout begaan door in hun discours veel te veel te argumenteren. Er zijn zielen, die luisteren naar de theorie van de waarheid en onder de indruk komen van aangevoerde bewijzen, en wanneer dan in een deel van de lezing Christus als de Heiland der wereld naar voren wordt gebracht, kan het gezaaide zaad ontkiemen en vrucht dragen tot verheerlijking van God. Maar op vele lezingen wordt de mensen het kruis van Christus niet voorgehouden. Het is best mogelijk dat sommigen naar de laatste preek luisteren, die zij ooit zullen horen, en anderen nooit meer in de gelegenheid zijn om de gehele waarheid te beluisteren, terwijl er dan op hen een beroep gedaan wordt om dit practisch na te volgen. Wanneer men die gouden kans voorbij laat gaan, is die voor goed voorbij. Had men Christus en Zijn verlossende liefde verheerlijkt in samenhang met de theorie der waarheid, dan zou de kans hebben bestaan, dat ze zich aan Zijn zijde hadden geschaard. USG1 542.3
Er zijn meer zielen, die hunkeren naar de wetenschap, hoe zij tot Christus kunnen komen, dan wij denken. Velen luisteren naar populaire preken van de kansel, en dan weten zij net zo min hoe Jezus en de vrede en rust, waarnaar hun ziel verlangt, te vinden, dan vóór zij luisterden. Predikanten, die de laatste genadeboodschap aan de we-reld brengen, moeten steeds bedenken, dat Christus verheerlijkt moet worden als de toevlucht voor de zondaar. Vele predikanten denken, dat het niet nodig is berouw en geloof te prediken, met een hart dat onderworpen is door de liefde Gods; zij nemen aan dat hun toehoorders volmaakt bekend zijn met het Evangelie, en dat onder-werpen van een heel ander karakter naar voren gebracht moeten worden om hun aandacht vast te houden. Tonen hun toehoorders dan belangstelling daarvoor, dan zien ze dat als een bewijs van succes. De mensen zijn echter veel meer onwetend ten aanzien van het verlossingsplan en hebben over dit allerbelangrijkste onderwerp meer onderricht nodig dan op enig ander punt. USG1 543.1
Die bijeenkomen om naar de waarheid te luisteren, moeten daarvan profijt verwachten, zoals het geval was met Cornelius en zijn vrienden: “Wij zijn dan allen nu hier tegenwoordig voor God, om te horen al hetgeen u van God bevolen is”. Handelingen 10:33. USG1 543.2
Theoretische discoursen zijn nodig opdat allen de leerstellige vorm kunnen weten en de keten der waarheid zien, schakel aan schakel, aaneengeklonken tot een volmaakt geheel. Maar geen lezing moet ooit gehouden worden zonder Christus en Die gekruisigd naar voren te brengen als het fundament van het Evangelie, wijzende op een practische toepassing der waarheid, en de mensen het feit inscherpend dat de leerstelling van Christus niet is Ja en Neen, maar Ja en Amen in Christus Jezus. Nadat de theorie der waarheid is gebracht, komt het moeizame deel van het werk. De mensen moeten niet zonder onderricht gelaten worden in de practische waarheden, die verband houden met hun leven van-elke-dag. Zij moeten zien en voelen dat ze zondaars zijn en tot God bekeerd moeten worden. Waf Christus zei, wat Hij deed, en wat Hij leerde moet hun bijgebracht worden op de meest impressieve wijze. USG1 544.1
Het werk van de prediker is pas begonnen, wanneer de waarheid dóórdringt tot het begrip van de mensen. Christus is onze Middelaar en dienst doende Hogepriester in de tegenwoordigheid des Vaders. Hij werd Johannes getoond als een Lam, dat geslacht is, als daadwerkelijk Zijn bloed stortend ten bate van de zondaar. Wanneer de wet Gods de zondaar voorgehouden wordt, die hem de diepte van zijn zonden laat zien, moet hij gewezen worden op het Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt. Hem moet geleerd wórden berouw tegenover God en geloof tegenover onze Here Jezus Christus. Op deze wijze zal het werk van Christus’ vertegenwoordiger in harmonie zijn met Zijn arbeid in het hemels heiligdom. USG1 544.2