Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 2 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    “DE HERE SCHELDE U”

    Dan legt de Engel, Die Christus Zelf is, de Heiland der zondaren, de beschuldiger van Zijn volk het zwijgen op, door te zeggen: “De Here schelde u, gij Satan, ja, de Here schelde u, die Jeruzalem verkiest! Is deze niet een vuurbrand uit hef vuur gerukt?” Zacharia 3 : 2. Israël was lang geweest in de oven der beproeving. Vanwege hun zonden waren ze bijna verteerd in de vlam die door Satan en zijn handlangers was aangestoken om hen te vernietigen, maar God had nu Zijn hand uitgestrekt om hen uit te leiden. In hun berouw en verootmoediging zal de barmhartige Heiland Zijn volk niet in de wrede macht der heidenen laten. “Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken, en de rokende vlaswiek zal Hij niet uitblussen.” Jesaja 42 : 3.USG2 179.3

    Wanneer de voorspraak van Jozua wordt aanvaard, wordt het bevel gegeven: “Doet deze vuile klederen van hem weg,” en tot Jozua zegt de Engel: “Zie, Ik heb uw ongerechtigheid van u weggenomen en Ik zal u wisselklederen aandoen.” “En zij zetten die reine hoed op zijn hoofd en zij togen hem klederen aan.” Zacharia 3:45. Zijn eigen zonden en die van zijn volk waren vergeven. Israël werden “wisselklederen” aangedaan — de gerech-tigheid van Christus werd hem toegerekend. De hoed die op Jozua’s hoofd gezet werd, was gelijk aan die de priesters droegen en daarop stond geschreven: “De Here geheiligd,” wat betekende dat ondanks zijn vroegere overtredingen, hij nu bekwaam gemaakt was om voor God dienst te doen in Zijn heiligdom.USG2 180.1

    Na aldus plechtig bekleed te zijn met de waardigheid van het priesterschap, verklaarde de Engel: “Zo zegt de Here der heirscharen: Indien gij in Mijn wegen zult wandelen en indien gij Mijn wacht zult waarnemen, zo zult gij ook Mijn huis richten en ook Mijn voorhoven bewaren; en Ik zal u wandelingen geven onder dezen die hier staan.” Vers 7. Hij zou geëerd worden als rechter of heerser over de tempel en al zijn diensten; hij zou wandelen onder de aanwezige engelen, zelfs in dit leven en zou zich tenslotte scharen onder de verheerlijkten rondom de troon van God.USG2 180.2

    “Hoor nu toe, Jozua, gij hogepriester! gij en uw vrienden die voor uw aangezicht zitten, want zij zijn een wonderteken; want zie, Ik zal Mijn Knecht, de Spruit, doen toekomen.” Hier wordt de hoop van Israël geopenbaard. Het was door het geloof in de komende Heiland, dat Jozua en zijn volk vergiffenis ontvingen. Door geloof in Christus werden zij hersteld in Gods gunst. Uit hoofde van Zijn verdienste, zo ze wandelden in Zijn weg en Zijn inzettingen hielden, zouden ze “een wonderteken” zijn, geëerd als de uitverkorenen des hemels onder de volken der aarde. Christus was hun hoop, hun burcht, hun rechtvaardigheid en verlossing, zoals Hij de hoop is van Zijn Gemeente van heden.USG2 180.3

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents