Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 1 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    EEN POSITIEVE INVLOED

    Je moet zo beslist zijn in je doen en laten, dat niemand zich in jou behoeft te vergissen. Zonder enige beslistheid kun je nooit een invloed op de wereld uitoefenen. Je voornemens mogen goed en oprecht zijn, maar ze zullen een mislukking blijken wanneer je God niet tot je sterkte stelt, en voorwaarts gaat met een vaste doelbe-wustheid. Je moet je gehele hart op Gods werk stellen. Je moet er naar streven, belevenissen in het Christelijke leven op te doen. Je moet je in je leven Christus als voorbeeld stellen.USG1 247.1

    Je kunt niet God dienen en de mammon. Je staat òf volkomen aan de kant des Heren, òf aan de kant van de vijand. “Wie met Mij niet is, die is tegen Mij; en wie met Mij niet vergadert, die verstrooit.” Mattheüs 12 : 30. Sommigen laten hun godsdienstig leven mislukken, omdat ze altijd aarzelen en geen vast omlijnd doel hebben. Ze worden herhaaldelijk overtuigd, en benaderen bijna het punt om alles aan God over te geven; maar omdat ze dan nalaten de beslissende stap te doen, vallen ze wederom terug. En in die toestand verhardt het geweten zich en wordt steeds minder ontvankelijk voor de indrukken van Gods Geest. Zijn Geest heeft gewaarschuwd, heeft overtuigd, en is versmaad, zodat deze zich gegriefd heeft teruggetrokken. God wil niet dat met Hem gespeeld wordt. Hij laat iemands plicht nauwkeurig zien, en is men nalatig het licht te volgen, dan ontstaat duisternis.USG1 247.2

    God nodigt je uit met Hem een medearbeider te worden in Zijn wijngaard. Begin waar je je momenteel bevindt. Kom tot het kruis en verzaak daar je eigen-ik, de wereld, en elke afgod. Geef Jezus een algehele plaats in je hart. Je verkeert in een moeilijke omstandigheid om een toegewijd leven te leiden en een invloed uit te oefenen, die anderen er toe zal brengen om zonde en genoegens en dwaasheid op te geven en de smalle weg te volgen, die bestemd is voor de vrijgekochten des Heren.USG1 247.3

    Geef je volkomen aan God over; geef alles onvoorwaardelijk op, om aldus de vrede te zoeken, die alle verstand te boven gaat. Je kunt niet uit Christus gevoed worden tenzij je in Hem bent. Wanneer je in Hem niet bent, dan ben je een tak, die verdord is. Je voelt niet je behoefte aan reinheid en ware heiligheid. Je moest een vurig verlangen hebben naar de Heilige Geest en daar ernstig om bidden. Je kunt de zegen Gods niet verwachten wanneer je daar niet naar streeft. Zou je de middelen gebruiken, die onder je bereik liggen, dan zou je een opwassen in de genade ervaren en een opgroeien tot een hoger leven.USG1 247.4

    Het ligt niet in je natuurlijke aard om geestelijke dingen lief te hebben; maar je kunt die liefde verkrijgen door je geest, de kracht van je wezen daarop in te stellen. Wat je nodig hebt, is de wil tot de daad. Ware opvoeding bestaat in de kracht om onze talenten zó te gebruiken dat er heilzame resultaten door verkregen wor-den. Wat is toch de oorzaak dat godsdienst onze gedachten zo weinig bezig houdt, terwijl de wereld de kracht van hersenen, beenderen en spieren tot haar beschikking heeft? Dat komt omdat de gehele kracht van ons wezen naar die richting geleid wordt. We hebben ons met alle kracht ingespannen om ons met ons gehele wezen toe te leggen op wereldse aangelegenheden, tot we ten slotte als vanzelf die weg volgen. Dat is de oorzaak waarom Christenen een godsdienstig leven zo moeilijk en een werelds leven zo gemakkelijk vinden. De vermogens zijn geoefend om hun kracht naar die kant te ontwikkelen. In het godsdienstige leven heeft men ingestemd met de waarheden van Gods Woord, maar in de praktijk van het leven heeft men die niet toegepast.USG1 248.1

    De cultivering van godsdienstige gedachten en devote gevoelens is geen onderdeel geworden van onze vorming. Deze moeten het gehele wezen beïnvloeden en beheersen. De gewoonte om het goede te doen, ontbreekt. Zo af en toe, bij vlagen, gebeurt dit eens, wanneer de invloeden gunstig zijn; maar om van nature en van harte na te denken over goddelijke dingen, is helaas geen overheersend beginsel des geestes.USG1 248.2

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents