Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    DE ZEGENINGEN VAN HET RENTMEESTERSCHAP

    Met het bevel aan Zijn discipelen om “uit te gaan in de gehele wereld en het Evangelie te prediken aan alle creaturen”, droeg Christus aan mensen het werk op om de kennis van Zijn genade overal bekend te maken. Maar terwijl sommigen uitgaan om te prediken, verlangt Hij van anderen dat ze hun gaven zullen geven om Zijn werk op aarde te ondersteunen. Hij heeft de mensen middelen in handen gegeven, opdat Zijn Goddelijke gaven zouden vloeien door menselijke kanalen om hef opgedragen werk te doen voor hef heil onzer medemensen. Dit is één van Gods wegen ter verheerlijking van de mens. Hef is juist dat werk wat de mens nodig heeft, want hef zal de diepste medegevoelens in zijn hart opwekken en de hoogste vermogens van het verstand in werking brengen.USG3 417.2

    Al het goede op de aarde had zijn ontstaan te danken aan de milddadige hand van God als een uitdrukking van Zijn liefde voor de mens. De armen zijn des Heren en zo is het ook met het Evangeliewerk. Het goud en het zilver zijn des Heren en indien Hij dat wilde, zou Hij die van de hemel kunnen doen regenen. Maar in plaats daarvan heeft Hij de mens aangesteld tot Zijn rentmeester en hem middelen toevertrouwd, niet om die op te potten maar om ze te gebruiken tot zegen van anderen. Aldus maakt Hij de mens tot het middel waardoor Hij Zijn zegeningen over de aarde verspreidt. God stelde het wel- dadigheidswerk in opdat de mens zijn Schepper gelijk zou worden, weldadig en onzelfzuchtig in karakter, en uiteindelijk met Christus zou delen in de eeuwige, heerlijke beloning.USG3 418.1

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents