“En na deze zag ik een andere engel afkomen uit de hemel, hebbende grote macht, en de aarde is verlicht geworden van zijn heerlikheid; en hij riep krachtiglik met een grote stem, zeggende, Zij is gevallen, zij is gevallen, het grote Babylon, en is geworden een woonstede der duivelen, en een bewaarplaats van alle onreine geesten, en een bewaarplaats van alle onrein en hatelik gevogelte.” “En ik hoorde een andere stem uit de hemel, zeggende: Gaat uit van haar, mijn volk! opdat ge aan haar zonden geen gemeenschap hebt, en opdat ge van haar plagen niet ontvangt.”1Openb. 18:1, 2, 4. GT 705.1
Deze tekst wijst heen naar een tijd, wanneer de aankondiging van de val van Babylon, gelijk die door de tweede engel2Openb. 14:8. van Openbaring 14 gedaan is, herhaald zal worden, met verdere vermelding van het bederf, dat, sedert die boodschap voor het eerst in de zomer van 1844 gegeven werd, binnengeslopen is in de verschillende kerkgenootschappen, waaruit Babylon bestaat. Hier wordt een vreselike toestand van de godsdienstige wereld beschreven. Met iedere verwerping van de waarheid zal het verstand van de mensen meer verduisterd, en zullen hun harten meer verhard worden, totdat ze verstrikt zullen zijn in de onverschrokkenheid van het ongeloof. Ondanks de waarschuwingen, die God gegeven heeft, zullen ze voortgaan met één van de voorschriften van de tien geboden te vertreden, totdat ze ertoe komen om hen, die het heilig houden, te vervolgen. De verachting, waaraan Zijn woord en Zijn volk blootstaan, doet Christus schande aan. Hoe meer de leringen van het Spiritualisme door de kerken worden aangenomen, wordt de weerhoudende macht, waaronder het vleselike hart staat, weggenomen, en godsdienstige belijdenis zal een mantel worden ter bedekking van de laagste ongerechtigheden. Geloof in spiritualistiese openbaringen opent de deur voor verleidende geesten en leringen der duivelen, en aldus zal de invloed van boze engelen in de kerken worden gevoeld. GT 705.2
Er wordt op de tijd, welke deze profetie aan het licht brengt, van Babylon gezegd: “Haar zonden zijn de een op de andere gevolgd tot de hemel toe, en God is aan haar ongerechtigheden gedachtig geweest.”1Openb. 18:5. Ze heeft de mate van haar schuld vol gemaakt, en verwoesting zal haar snellik overkomen. Maar God heeft nog een volk in Babylon; en voordat Zijn oordelen erover uitgegoten worden, moeten deze getrouwen worden uitgeroepen, opdat ze “aan haar zonden geen gemeenschap hebben, en opdat ze van haar plagen niet ontvangen. ” Vandaar de beweging, afgebeeld door de engel, die uit de hemel komt, de aarde met zijn heerlikheid verlicht, en, met sterke stem krachtig roepende, de zonden van Babylon verkondigt. In verband met zijn boodschap wordt de kreet vernomen: “Gaat uit van haar, mijn volk.” Deze aankondigingen, samen gaande met de boodschap van de derde engel, maken de laatste boodschap uit, die aan de aardbewoners gegeven zal worden. GT 706.1
Schrikkelik is de gebeurtenis, waartoe de wereld moet worden gebracht. De machten van de aarde, verbonden om krijg te voeren tegen de geboden Gods, zullen een bevel uitvaardigen, dat allen, “kleinen en groten, rijken en armen, en vrijen en dienstknechten,“2Openb. 13:16. zich moeten schikken naar de gebruiken van de kerk door het houden van de valse Sabbat. Aan al degenen, die weigeren zich te onderwerpen, zullen burgerlike straffen opgelegd worden, en ten slotte zal er worden verklaard, dat ze des doods schuldig zijn. Aan de andere kant eist de wet Gods, die de rustdag van de Schepper bindend maakt, gehoorzaamheid, en bedreigt met toorn al degenen, die de voorschriften ervan overtreden. GT 706.2
Wie met het oog op de uitkomst, die hem aldus duidelik voorgesteld is, Gods wet zal blijven vertreden, en een menselike inzetting gehoorzamen, ontvangt het merkteken van het beest; hij neemt het teken aan van trouw aan de macht, welke hij verkiest te gehoorzamen in de plaats van God. De waarschuwing van de hemel luidt: “Indien iemand het beest aanbidt en zijn beeld, en ontvangt het merkteken aan zijn voorhoofd of aan zijn hand, die zal ook drinken uit de wijn van de toorn Gods, die ongemengd ingeschonken wordt in de drinkbeker van Zijn toorn.”1Openb. 14:9, 10. GT 707.1
Maar niemand zal de toorn Gods moeten verduren, vordat de waarheid aan zijn verstand en geweten duidelik geworden, en verworpen is. Er zijn er velen, die nimmer gelegenheid gehad hebben om de biezondere waarheden voor deze tijd te horen. De verplichting van het vierde gebod is hun nooit in het ware licht voorgesteld. Hij, die in ieder hart leest, en iedere beweegreden proeft, zal niemand, die de waarheid begeert te kennen, laten bedrogen worden omtrent de betekenis van de strijd. Het dekreet zal de mensen niet blindelings treffen. Iedereen zal voldoende licht hebben om met bewustheid zijn besluit te nemen. GT 707.2
De Sabbat zal de grote toets van getrouwheid zijn, want hij vormt het punt der waarheid, waarover in het biezonder gestreden wordt. Wanneer de mensen deze laatste toets hebben ondergaan, dan zal de onderscheidingslijn worden getrokken tussen hen, die God dienen en hen, die Hem niet dienen. Gelijk het houden van de valse Sabbat, in onderwerping aan de wet van de staat, en in tegenstelling met het vierde gebod, een erkentenis van trouw zal zijn aan een macht, die in opstand is tegen God, zo is het houden van de ware Sabbat, in gehoorzaamheid aan Gods wet, een bewijs van trouw aan de Schepper. Terwijl de ene klasse het merkteken van het beest ontvangt, door het teken van onder-werping aan aardse machten aan te nemen, ontvangt de andere het zegel Gods, door het teken van trouw aan het Goddelik gezag te verkiezen. GT 707.3
Tot hiertoe zijn zij, die de waarheden van de boodschap van de derde engel predikten, menigmaal eenvoudig als rustverstoorders aangezien. Hun voorspellingen, dat godsdienstige onverdraagzaamheid de overhand zou krijgen in de Verenigde Staten, en kerk en staat zich zouden verenigen om degenen te vervolgen, die de geboden Gods bewaren, zijn ongegrond en bespottelik genoemd. Er is in goed vertrouwen gezegd, dat Amerika nooit iets anders zou worden dan het geweest is, de verdediger van godsdienstvrijheid. Doch wanneer de vraag van verplichte Zondagsviering algemeen de mensen bezighoudt, ziet men de gebeurtenis, waaraan zo lang getwijfeld en waaraan geen geloof geslagen is, naderkomen, en zal de derde boodschap een uitwerking hebben, die hij tevoren niet hebben kon. GT 708.1
In ieder geslacht heeft God Zijn dienstknechten gezonden om de zonde te bestraffen, zowel in de wereld als in de kerk. Maar de mensen begeren zachte dingen te horen, en de reine, onopgesmukte waarheid is niet aannemelik. Vele hervormers besloten bij het begin van hun werk, grote voorzichtigheid te gebruiken in het aanvallen van de zonden van kerk en volk. Ze hoopten de mensen tot de leer van de Bijbel terug te leiden door het voorbeeld van een rein, Christelik leven. Doch de Geest Gods kwam over hen als over Elia, die bewogen werd, om de zonden van een goddeloze koning en een afvallig volk te bestraffen; ze konden zich niet weerhouden van de duidelike uitspraken van de Bijbel te prediken,— leerstellingen, welke ze geaarzeld hadden aan het licht te brengen. Ze werden gedrongen, met ijver de waarheid te verkondigen, en het gevaar, dat de zielen bedreigde. De woorden, welke de Heer hun gaf, spraken ze, onbevreesd voor de gevolgen, en de mensen werden genoodzaakt, de waarschuwing aan te horen. GT 708.2
Op gelijke wijze zal de boodschap van de derde engel verkondigd worden. Wanneer de tijd komt, dat die met de grootste kracht weerklinken zal, zal de Heer werken door eenvoudige werktuigen, en de harten dergenen leiden, die zich aan Zijn dienst toewijden. De arbeiders zullen meer geschikt gemaakt worden door de zalving van Zijn Geest dan door opleiding aan letterkundige inrichtingen. Mannen van geloof en gebed zullen gedwongen worden om met heilige ijver voorwaarts te gaan, en de woorden te spreken, welke God hun geeft. De zonden van Babylon zullen worden geopenbaard. De vreselike uitkomst van het verplichtend maken van de gebruiken van de kerk door burgerlik gezag, de krachtige inwerking van het Spiritualisme, de trapsgewijze maar snelle vooruitgang van de pauselike macht,— dit alles zal worden ontmaskerd. De mensen zullen door deze plechtige waarschuwingen bewogen worden. Dui-zenden en duizenden, die zulke woorden nooit gehoord hebben, zullen luisteren. Met verbazing zullen ze de verklaringen horen, dat Babylon, de kerk, gevallen is ten gevolge van dwaalleer en zonden en van het verwerpen van do waarheid, haar uit de Hemel toegezonden. Wanneer de mensen naar hun vorige leraars gaan zullen met de dringende vraag: Zijn die dingen alzo? zullen de predikanten fabelen opdissen, en zachte dingen voorspellen, om hun vrees te stillen, en het ontwaakte geweten tot rust te brengen. Maar daar velen weigeren zullen, tevreden te zijn met het gezag van mensen alleen, en een duidelik “Aldus spreekt de Heer” verlangen, zullen de geestelike volksleiders, gelijk de Farizeën van ouds, met toorn vervuld worden, omdat hun gezag in twijfel wordt getrokken; zullen verklaren, dat de boodschap uit de duivel is; en zullen de scharen, die de zonde liefhebben, ophitsen om degenen, die zulke dingen verkondigen, te honen en te vervolgen. GT 708.3
Naarmate de strijd zich naar nieuwe velden uitstrekt, en de harten van de mensen bepaald worden bij Gods vertreden wet, ontwaakt Satans ijver. De kracht, die zich aan de boodschap paart, zal degenen, die er zich tegen verzetten, slechts tot razernij drijven. De geestelikheid zal bijna bovenmenselike pogingen in het werk stellen om het licht uit te sluiten, zodat het niet op hun gemeenten schijnen zal. Door alle middelen, die hun ten dienste staan, zullen ze de bespreking van deze strijdvragen trachten te onderdrukken. De kerk zal een beroep doen op de sterke arm van de wereldlike macht, en Katholieken en Protestanten zullen zich tot dat werk verenigen. Wanneer de beweging voor verplichte Zondagsviering meer openlik en beslist wordt, zal de wet op hen, die de geboden houden, worden toegepast. Ze zullen worden bedreigd met boeten en gevangenisstraf, en aan sommigen zullen invloedrijke betrekkingen, aan anderen beloningen en voordelen aangeboden worden, om hen te bewegen, hun geloof te verzaken. Maar hun standvastig antwoord zal zijn: “Toont ons onze dwaling uit het woord van God,“—dezelfde pleitgrond, waarop Luther zich onder gelijke omstandigheden stelde. Degenen, die voor de rechtbanken gedaagd worden, zullen de waarheid met kracht handhaven, en sommigen, die hen aanhoren, zullen tot het besluit komen om al de geboden Gods te houden. Aldus zal er licht aan duizenden opgaan, die anders niets van deze waarheden weten zouden. GT 709.1
Stipte gehoorzaamheid aan Gods woord zal als rebellie behandeld worden. Door Satan verblind, zal de ouder hardheid en gestrengheid uitoefenen tegen het gelovige kind; de huisheer of huisvrouw zal de bediende, die de geboden houdt, verdrukken. De liefde zal vervreemden; kinderen zullen worden onterfd, en uit hun tehuis verdreven. De woorden van Paulus zullen letterlik vervuld worden: “Allen, die godzaliglik willen leven in Christus Jezus, die zullen vervolgd worden.”12 Tim. 3:12. Wanneer de verdedigers van de waarheid weigeren om de Zondagsabbat te eren, zullen er sommigen van hen in de gevangenis geworpen, anderen verbannen, en weder anderen als slaven behandeld worden. Aan de menselike wijsheid schijnt dit alles tans onmogelik toe; maar als de weerhoudende Geest van God van de mensen geweken zal zijn, en ze onder de heerschappij van Satan staan zullen, die de Goddelike voorschriften haat, zullen er vreemde dingen gebeuren. Het hart kan zeer wreed worden, als de vreze en liefde Gods eruit verwijderd zijn. GT 710.1
Wanneer de storm nadert, zal er een grote klasse van hen, die beleden hebben in de boodschap van de derde engel te geloven, maar niet geheiligd zijn door de gehoorzaamheid der waarheid, hun plaats opgeven, en overgaan tot de gelederen van de tegenpartij. Door zich met de wereld te verbinden en zijn geest deelachtig te worden, zijn ze er toe gekomen, om de zaken in bijna hetzelfde licht te beschou-wen; en wanneer ze getoetst worden, zijn ze bereid om de gemakkelike, populaire weg te kiezen. Mannen van talent en die zich aangenaam weten voor te doen, welke zich eenmaal in de waarheid verheugd hebben, zullen hun gaven gebruiken, om zielen te bedriegen en te misleiden. Ze worden de bitterste vijanden van hun vroegere broederen. Wanneer Sabbathouders voor de gerechtshoven gebracht worden, om verantwoording van hun geloof te doen, zijn deze afvalligen Satans krachtigste medehelpers, om hen in een verkeerd licht te stellen en te beschuldigen, en om door valse geruchten en toespelingen de overheid tegen hen op te zetten. GT 711.1
In deze tijd van vervolging zal het geloof van de dienstknechten des Heren op de proef gesteld worden. Ze hebben de waarschuwing met getrouwheid gegeven, alleen ziende op God en op Zijn woord. Gods Geest heeft, door hun harten te bewerken, hen gedwongen te spreken. Aangevuurd door heilige ijver, en onder de machtige invloed van Goddelike drijfveren, hebben ze hun plicht vervuld, zonder koel te berekenen, wat de gevolgen zijn zouden van het spreken tot het volk van het woord, dat de Heer hun gegeven had. Ze hebben met hun tijdelike belangen geen rekening gehouden, noch ook hun goede naam of leven trachten te behouden. Toch, wanneer de storm van tegenstand en verwijt over hen losbarst, zullen er sommigen, door ontzetting overstelpt, uitroepen: “Indien we de gevolgen van onze woorden hadden kunnen voorzien, we zouden ons stil gehouden hebben.” Ze zijn omringd door moeilikheden. Satan valt hen aan met hevige verleidingen. Het werk, dat ze op zich genomen hebben, schijnt veel meer dan ze kunnen ten uit voer brengen. Ze worden met ondergang bedreigd. De geestdrift, die hen bezielde, is verdwenen; toch kunnen ze niet terug. Dan vluchten ze, in het gevoel van hun volkomen hulpeloosheid, tot de Almachtige om kracht. Ze herinneren zich, dat de woorden, welke ze gesproken hebben, niet de hunne waren, maar de woorden van Hem, die hun gelast had de waarschuwing te geven. God had hun de waarheid in het hart gelegd, en ze konden niet nalaten die te verkondigen. GT 711.2
Mannen Gods in vervlogen eeuwen hebben dezelfde beproevingen ondervonden. Wycliffe, Huss, Luther, Tyndale, Baxter, Wesley drongen erop aan dat alle leer aan de Bijbel moest getoetst worden, en verklaarden, dat ze alles zouden opgeven, wat daarin veroordeeld werd. Tegen die mannen woedde de vervolging met meedogenloze woede; toch lieten ze niet af, de waarheid te verkondigen. Verschillende tijd-perken in de geschiedenis van de kerk hebben zich alle door de ontwikkeling van de ene of andere biezondere waarheid gekenmerkt, passend voor de behoeften van Gods volk in die tijd. Iedere nieuwe waarheid heeft zich door haat en tegenwerking heen een weg gebaand, en degenen, die zich in het licht ervan verheugden, zijn verzocht en beproefd geworden. De Heer geeft een biezondere waarheid aan de mensen in een geval van nood. Wie zou durven weigeren, die bekend te maken? Hij gebiedt Zijn knechten, de laatste uitnodiging van Zijn genade aan de wereld te brengen. Zij kunnen niet stil blijven, dan op gevaar af van hun zielen te verliezen. De gezanten van Christus hebben niets met gevolgen te maken. Ze moeten hun plicht doen, en laten de gevolgen aan God over. GT 712.1
Wanneer de vervolging heviger wordt, worden de dienstknechten Gods opnieuw ontsteld; want het schijnt hun toe, alsof zij de krisis hebben veroorzaakt. Doch hun geweten en Gods woord verzekeren hun, dat hun wijze van handelen goed is; en hoewel de beproevingen aanhouden, worden ze gesterkt om ze te dragen. De strijd komt al nader en wordt al zwaarder, maar hun geloof en moed nemen toe met de aangroeiende nood. Hun getuigenis is: “We durven niet aan Gods woord tornen door Zijn heilige wet te verdelen, en het ene deel nodig en het andere onnodig te noemen, om de gunst van de wereld te verwerven. De Heer, Die we dienen, is machtig om ons te verlossen. Christus heeft de machten van de aarde overwonnen; zullen wij dan een wereld vrezen, waarover de zege reeds behaald is?” GT 712.2
Vervolging in zijn onderscheidene vormen is de ontwikkeling van een beginsel, dat bestaan zal, zo lang Satan bestaat, en het Christendom levenskracht heeft. Niemand kan God dienen, zonder de tegenkanting van het heir der duisternis tegen zich gaande te maken. Boze engelen zullen hem aanvallen, verontrust dat zijn invloed de prooi aan hun handen ontnemen zal. Boze mensen zullen zich, door zijn voorbeeld bestraft, met hen verenigen, om te trachten hem door aantrekkelike verleidingen van God te scheiden. En wanneer die niet gelukken, wordt er dwang gebruikt om het geweten te verkrachten. GT 713.1
Maar zo lang Jezus de voorspraak voor de mens blijft in het heiligdom daarboven, wordt de weerhoudende invloed van de Heilige Geest door de overheid zowel als het volk gevoeld. Hij beheerst nog tot op zekere hoogte de landswetten. Waren die wetten er niet, de toestand van de wereld zou veel erger zijn dan hij nu is. Terwijl velen van onze overheidspersonen ijverige handlangers van Satan zijn, heeft God ook Zijn werktuigen onder de voormannen van de natie. De vijand beweegt zijn dienstknechten om maatregelen voor te stellen, die Gods werk zeer in de weg zouden staan, maar staatsmannen, die de Heer vrezen, worden door heilige engelen gedreven, om zodanige voorstellen tegen te staan met argumenten, die niet kunnen worden wederlegd. Aldus zullen enkele mannen een machtige stroom van het kwaad in toom houden. De tegenstand van de vijanden van de waarheid zal tegengehouden worden, dat de boodschap van de derde engel zijn werk kan volbrengen. Wanneer de laatste waarschuwing gegeven zal worden, zal dat werk de aandacht van deze voorgangers trekken, door wie de Heer nu werkt, en sommigen onder hen zullen hem aannemen, en door de tijd van benauwdheid heen aan de zijde van het volk van God staan. GT 713.2
De engel, die deelneemt aan de boodschap van de derde engel, moet de gehele aarde met zijn heerlikheid verlichten. Een werk, dat zich over de ganse wereld zal uitstrekken, en van ongewone kracht zal zijn, wordt hier voorspeld. De Advent-beweging van 1840-44 was een heerlike openbaring van de kracht Gods; de boodschap van de eerste engel werd naar ieder zendingstation op aarde gezonden, en in sommige landen werd een godsdienstige belangstelling aan de dag gelegd, gelijk men er nergens een had waargenomen sedert de Hervorming van de zestiende eeuw; maar de machtige beweging bij de laatste waarschuwing van de derde engel zal dit alles overtreffen. GT 714.1
Het werk zal op de Pinksterdag gelijken. Gelijk de “vroege regen” gegeven werd bij de uitstorting van de Heilige Geest aan het begin van het evangeliewerk, ten einde het kostbare zaad te doen uitspruiten, zo zal de “spade regen” bij het einde worden geschonken, om de oogst te laten rijpen. “Dan zullen wij kennen; we zullen vervolgen om de Heer te kennen; Zijn uitgang is bereid als de dageraad, en Hij zal tot ons komen als een regen, als de spade regen en vroege regen van het land.”1Hosea 6:3. “En gij, kinderen van Zion! verheugt u en zijt blijde in de Heer, uw God, want Hij zal u geven die leraar der gerechtigheid; en Hij zal voor u de regen doen nederdalen, de vroege en de spade regen.”2Joël 2:23. “En het zal zijn in de laatste dagen, zegt God, Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees.” “En het zal zijn, dat een iegelik, die de naam des Heren zal aanroepen, zalig zal worden.”3Hand. 2:17, 21. GT 714.2
Het grote werk van het evangelie zal niet sluiten met een geringer openbaring van Gods macht, dan die het begin ervan heeft gekenmerkt. De profetieën, welke vervuld zijn door de uitstorting van de vroege regen bij de aanvang van de evangelieverkondiging, zullen wederom vervuld worden in de spade regen aan het einde ervan. Hier zijn “de tijden van de verkoeling,” waarnaar de apostel Petrus uitzag, toen hij zei: “Betert u dan, en bekeert u, opdat uw zonden mogen uitgewist worden, wanneer de tijden van de verkoeling zullen gekomen zijn van het aangezicht des Heren, en Hij gezonden zal hebben Jezus.”1Hand. 3:19, 20. GT 714.3
De dienstknechten Gods zullen zich van plaats tot plaats haasten, om met aangezichten, verlicht en blinkend van heilige toewijding, de boodschap uit de hemel te verkondigen. De waarschuwing zal door duizenden stemmen over de gehele aarde gegeven worden. Wonderen zullen gewrocht, de zieken zullen geheeld worden, en tekenen en wonderen zullen de gelovigen volgen. Satan zal ook met leugenachtige wonderen werken, en zelfs vuur van de hemel voor de mensen doen nederdalen.2Openb. 13:13. Aldus zullen de aardbewoners tot beslissing worden gebracht. GT 715.1
De boodschap zal niet zo zeer door argumenten als wel door een diepe overtuiging van Gods Geest verspreid worden. De bewijsgronden zijn reeds tevoren gegeven. Het zaad is gezaaid, en zal nu opschieten en vruchten dragen. De geschriften, die door zendelingen zijn verspreid, hebben hun invloed uitgeoefend; toch waren er velen, wier hart getroffen was, verhinderd geworden om de waarheid ten volle te verstaan, of om te gehoorzamen. Tans dringen de lichtstralen overal door, de waarheid wordt in al zijn helderheid ingezien, en de oprechte kinderen Gods verbreken de banden, die hen gekluisterd hebben gehouden. Familiebanden en kerkgemeenschap zijn machteloos om hen nu tegen te houden. De waarheid is hun boven alles kostbaar. Niettegenstaande alles wat zich tegen de waarheid verbonden heeft, stelt zich een groot aantal aan de zijde des Heren. GT 715.2