Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    Begrip voor het kind

    Niet alleen de gewoonten van de moeder, maar ook de opvoeding van het kind, waren vervat in de aanwijzingen van de engel voor de Hebreeuwse ouders. Het was niet voldoende dat Simson, het kind dat eenmaal Israël moest bevrijden, een goede erfelijke gave zou ontvangen bij zijn geboorte. Deze moest gevolgd worden door een zorgvuldige opvoeding. Vanaf zijn prille jaren moest hem matigheid geleerd worden.GG 40.1

    Overeenkomstige aanwijzingen werden ook gegeven ten aanzien van Johannes de Doper. Reeds vóór de geboorte van het kind, ontving de vader de volgende boodschap uit de hemel:GG 40.2

    „U zal blijdschap en verheuging zijn, en velen zullen zich over zijn geboorte verblijden. Want hij zal groot zijn voor de Heere; noch wijn, noch sterke drank zal hij drinken, en hij zal met de Heilige Geest vervuld worden” (Lukas 1 : 14, 15).GG 40.3

    Aan de hand van de hemelse verslagen aangaande mannen van karakter, verklaarde de Heiland dat er niet één groter was dan Johannes de Doper. Het hem opgedragen werk vroeg niet alleen lichamelijke energie en volharding, maar ook de beste eigenschappen van geest en ziel. Zo belangrijk was de juiste physieke opvoeding als voorbereiding tot deze taak, dat de hoogst geplaatste engel des hemels met nadere gegevens gezonden werd naar de ouders van het kind.GG 40.4

    De aanwijzingen, gegeven aangaande de Hebreeuwse kinderen, leren ons, dat niets wat het lichamelijke welzijn van het kind beinvloedt, verwaarloosd mag worden. Niets is onbelangrijk. Elke invloed op de gezondheid van het lichaam, heeft zijn uitwerking op de geest en het karakter.GG 40.5

    Te veel waarde kan niet gehecht worden aan de opvoeding van het kind tijdens de eerste jaren. De lessen die geleerd, de gewoonten die aangenomen worden gedurende de jaren der kindsheid en jeugd, hebben meer te doen met de karaktervor ming en de levensrichting dan alle onderricht en opvoeding in de latere jaren.GG 40.6

    Ouders moeten dit wel bedenken. Zij moeten begrip hebben van de beginselen, die ten grondslag liggen aan de verzorging en opvoeding van de kinderen. Zij moeten in staat zijn hen op te leiden in een lichamelijke, geestelijke en zedelijke gezondheid. Ouders moeten de wetten der natuur bestuderen. Zij moeten bekend worden met het organisme van het menselijk lichaam. Zij moeten de werkingen kennen van de verschillende organen, en hoe deze tot elkaar in verhouding staan en op elkaar zijn ingesteld. Zij moeten de verhouding bestuderen van de geestelijke tot de lichamelijke krachten en de voorwaarden, die vereist zijn voor de gezonde werking van elk. Het aanvaarden van de verantwoordelijkheden van het ouderschap zonder zo’n voorbereiding, is een zonde.GG 41.1

    Veel te weinig aandacht wordt geschonken aan de oorzaken, die ten grondslag liggen aan de sterfte, de ziekte en ontaarding, die heden bestaan zelfs in de meest beschaafde en begunstigde landen. Met het menselijk geslacht gaat het bergafwaarts. Meer dan een derde sterft in de kindsheid; onder de mannen en vrouwen die de volwassen leeftijd bereiken, lijden de meesten aan ziekten in een of andere vorm en maar weinigen bereiken de grens van het menselijk leven.GG 41.2

    De meeste van de kwalen, die ellende en ondergang voor de mensheid betekenen, zouden voorkomen kunnen worden, en de macht om daartegen op te treden berust grotendeels bij de ouders. Het is geen „verborgen voorzienigheid” die de kleine kinderen wegrukt door de dood. God wil hun dood niet. Hij schenkt ze de ouders om hen op te voeden tot bruikbare mensen in deze wereld, en voor de hemel in het hiernamaals.GG 41.3

    Zouden vaders en moeders alles doen wat zij konden om hun kinderen een goed erfdeel mee te geven om dan door een juist ingrijpen verkeerde hoedanigheden van hun geboorte te verhelpen, wat zou dan de wereld een verandering ten goede ondergaan!GG 41.4

    Hoe rustiger en eenvoudiger het leven van een kind is, des te beter zal het zich lichamelijk en geestelijk ontwikkelen. Te allen tijde moet de moeder haar best doen om rustig, kalm en beheerst te blijven. Vele kleintjes zijn zeer gevoelig voor nerveuze opwinding, en de zachte, beheerste manier van de moeder zal een kalmerende invloed uitoefenen, die het kind bijzonder ten goede komt.GG 41.5

    Baby’s hebben warmte nodig, maar een ernstige fout wordt vaak begaan door ze in oververhitte kamers te houden, waar ze verstoken zijn van de toevoer van frisse lucht.GG 42.1

    De gewoonte om het gezicht van het kind te bedekken terwijl het slaapt, is nadelig, aangezien dat de vrije ademhaling belet.GG 42.2

    De baby moet bewaard blijven voor elke invloed, die het gestel zou kunnen verzwakken of aantasten. De meest uitzonderlijke zorg moet er aan besteed worden om alles van het kind proper en rein te houden. Hoewel het noodzakelijk kan zijn de kleinen te bewaren voor plotselinge of te grote temperatuurverschillen, moet men er toch voor zorgen, dat, slapende of wakende, overdag of ‘s nachts, zij een zuivere, versterkende lucht inademen.GG 42.3

    Bij het maken van de kleertjes voor de baby, zal men eerder streven naar gemak en gezondheid, dan naar de mode, of het verlangen om de bewondering op te wekken. De moeder moet geen tijd spenderen aan het maken van alle mogelijke borduurseltjes op de kleren der kleine, waardoor zij zich onnodige arbeid oplegt ten koste van haar eigen gezondheid en die van haar kind. Zij moet niet over haar naaiwerk gebogen zitten ten nadele van haar ogen en zenuwen, op een tijd, dat ze juist rust en prettige afleiding nodig heeft. Zij moet zich haar verplichting bewust zijn om haar krachten te sparen, opdat zij aan de eisen zal kunnen voldoen, die haar straks gesteld worden.GG 42.4

    Indien het kledingstuk van het kind warmte, bescherming en gemak combineert, zal één van de hoofdoorzaken tot geprikkeldheid en rusteloosheid zijn weggenomen. De kleine zal zich prettiger gevoelen en de moeder zal ervaren, dat de verzorging van haar kind niet te veel van haar krachten en tijd vergt.GG 42.5

    Knellende banden of doeken hinderen de werking van hart en longen, en moeten vermeden worden. Geen enkel lichaamsdeel mag te eniger tijd last hebben van de kleding, doordat deze een of ander orgaan drukt of de vrijheid van beweging belemmert. De kleding van de kinderen moet los genoeg zitten, dat ze de vrije, volle ademhaling niet belet, en moet zó gemaakt zijn, dat ze niet op de schouders drukt.GG 42.6

    In sommige landen heerst nog de gewoonte om de schouders, armen en benen van kleine kinderen bloot te laten. Deze ge- woonte kan niet ernstig genoeg gelaakt worden. Aangezien de ledematen het verst verwijderd zijn van het centrum van de bloedsomloop, vragen ze groter en betere bescherming dan de andere delen van het lichaam. De aderen, die het bloed geleiden naar de verste delen, zijn groot, en voorzien in een voldoende hoeveelheid bloed voor de verwarming en de voeding. Maar wanneer de ledematen onbeschermd gelaten worden of niet voldoende bekleed, dan trekken de grote en kleine aderen zich samen, de gevoelige lichaamsdelen worden koud en de bloedsomloop wordt gehinderd.GG 42.7

    Bij opgroeiende kinderen hebben al de krachten der natuur elk voordeel nodig opdat ze het beendergestel kunnen vervolmaken. Wanneer de armen en benen onvoldoende beschermd zijn, kunnen kinderen, en vooral meisjes, niet naar buiten gaan of het weer moet zacht zijn. Zo moeten ze, uit vrees voor de koude, binnenshuis blijven. Zijn de kinderen goed gekleed, dan zullen zij zonder bezwaar, zomer en winter, hun spelletjes buiten in de vrije lucht kunnen spelen.GG 43.1

    Moeders die gaarne willen dat hun kinderen krachtig en gezond zullen worden, zullen ze op de juiste wijze kleden, en hen aanmoedigen om bij redelijk weer veel in de buitenlucht te verkeren. Het mag dan kracht vereisen om te breken met de sleur der gewoonten, en de kinderen te kleden en op te voeden naar de eisen der gezondheid, maar de resultaten zullen de pogingen grotelijks belonen.GG 43.2

    Het beste voedsel voor de baby is het voedsel waarin de natuur voorziet. Dit moet de kleine niet nodeloos onthouden worden. Het is een harteloos iets van een moeder om, ter wille van het gemak en de gewone genoegens, zich af te schuiven van de tedere roeping om haar baby zelf te voeden.GG 43.3

    De moeder, die haar kind door een ander laat voeden, moet wel bedenken wat de gevolgen kunnen zijn. Min of meer brengt de voedster haar eigen aard en temperament over op de zuigeling.GG 43.4

    Aan de belangrijkheid van het opvoeden der kinderen tot de juiste diëetgewoonten, kan moeilijk te veel waarde worden gehecht. De kleinen moeten leren, dat zij eten om te leven, en niet leven om te eten. De opvoeding moet beginnen wanneer de kleine in moeders armen ligt. Het kind moet gevoed worden met geregelde tussenpozen, en minder vaak naar mate het ouder wordt. Men moet het kind geen zoetigheden geven, of voedsel voor oudere personen, dat het niet kan verteren. Zorg en regelmaat in de voeding der kleinen, zullen niet alleen de gezondheid bevorderen, en zo bijdragen tot een hef humeur, maar daardoor zal ook de grond gelegd worden voor gewoonten, die hun ten zegen zullen zijn in de latere jaren.GG 43.5

    Wanneer de kinderen de baby-jaren achter zich hebben, moet nog grote zorg besteed worden aan hun opvoeding wat betreft smaak en eetlust. Vaak wordt hun toegestaan te eten wat ze willen en wanneer ze willen, zonder rekening te houden met de gezondheid.GG 44.1

    Moeiten en geld, zo vaak verkwist aan ongezonde lekkernijen, doen bij de jongeren de gedachte ontstaan, dat het hoogste levensdoel, en dat wat het grootste geluk inhoudt, daarin bestaat, dat men aan de begeerte, aan de eetlust kan toegeven. Het resultaat van zo’n opvoeding is gulzigheid, dan komt ziekte, welke zo vaak bestreden wordt met gif bevattende geneesmiddelen.GG 44.2

    Ouders moeten leiding geven in de begeerten van hun kinderen, en moeten het gebruik van ongezond voedsel niet toestaan. Maar in het streven om het diëet te regelen, moeten we voorzichtig zijn niet de fout te maken om de kinderen te laten eten wat onsmakelijk is, of hen meer te laten eten dan nodig is. Kinderen hebben rechten, ze hebben voorkeur, en wanneer die voorkeur redelijk is, moet ze gerespecteerd worden.GG 44.3

    Aan de legelmaat in het eten moet bijzonder aandacht geschonken worden. Niets moet tussen de maaltijden gegeten worden, geen zoetigheid, geen noten, vruchten, of wat voor voedsel ook. Onregelmatigheden in het eten vernietigen de gezonde werking van de verteringsorganen, hetgeen de gezondheid en het humeur nadelig beinvloedt. En wanneer de kinderen aan tafel komen hebben ze geen trek in gezonde spijzen; hun begeerte gaat uit naar hetgeen niet goed voor hen is.GG 44.4

    Moeders, die toegeven aan het verlangen van haar kinderen ten koste van de gezondheid en goed gehumeurdheid, zaaien het zaad van de boze, dat zal ontkiemen en vrucht dragen. De zelfbevrediging groeit met de wasdom van de kleinen, en zowel de geestelijke als de lichamelijke kracht vallen daaraan ten offer. Moeders, die zó te werk gaan, oogsten met bitterheid het zaad, dat ze gezaaid hebben. Zij zien hun kinderen opgroeien, onbekwaam naar geest en karakter om een goede, nuttige plaats te bekleden in de maatschappij of in het gezin.GG 44.5

    De geestelijke zowel als de verstandelijke en lichamelijke krachten lijden onder de invloed van ongezond voedsel. Het geweten stompt af en het in zich opnemen van goede indrukken wordt belet.GG 45.1

    Terwijl de kinderen geleerd wordt hun lusten te beheersen, en alleen dat te eten wat goed is voor de gezondheid, moet men hun tevens duidelijk maken, dat zij zich alleen dat ontzeggen, wat schadelijk voor hen is. Zij geven nadelige dingen op voor iets dat beter voor hen is. Dek de tafel aantrekkelijk en smaakvol en plaats daarop dan de goede voortbrengselen, die God zo overvloedig heeft geschonken.GG 45.2

    Laat de maaltijd een prettige, aangename tijd zijn. En wanneer we de gaven Gods genieten, laat ons dan de Gever met een blij hart dank zeggen.GG 45.3

    In vele gevallen kan de ziekte van de kinderen toegeschreven worden aan fouten in de huishouding. Onregelmatigheden in het eten, onvoldoende kleding in de kille avond, gebrek aan flinke bezigheid om het bloed in een gezonde circulatie te houden, of gebrek aan luchtverversing om het bloed zuiver te houden, kunnen de oorzaak van het ongemak zijn. Laten de ouders de oorzaken van de ziekte naspeuren om dan zo spoedig mogelijk in de verkeerde toestanden verbetering aan te brengen.GG 45.4

    Alle ouders kunnen, zo ze willen, veel leren aangaande de verzorging en voorkoming, en zelfs de behandeling van de ziekte. Vooral de moeder behoort te weten wat ze doen moet tijdens de gewone ziektegevallen in haar gezin. Ze moet weten hoe ze met haar ziek kind moet omgaan. Haar liefde en inzicht zullen haar in staat stellen het kind te helpen, wat aan de handen van een vreemde niet zo goed is toevertrouwd.GG 45.5

    Ouders moeten vroeg proberen bij hun kinderen belangstelling te wekken voor de studie van de physiologie, de natuur van het lichaam, en moeten hun de eenvoudige beginselen daarvan leren. Leer hun hoe ze het best de lichamelijke, verstandelijke en geestelijke krachten kunnen bewaren, en hoe zij hun gaven gebruiken moeten, opdat zij in het leven elkander ten zegen zijn en God verheerlijken. Deze kennis is van onschatbare waarde voor de jeugd. Een opvoeding in de aangelegenheden van het leven en de gezondheid is voor hen belangrijker, dan een kennis van de vele vakken die op de scholen onderwezen worden.GG 45.6

    Ouders moeten meer voor hun kinderen en minder voor de samenleving leven. Bestudeer alles wat met de gezondheid verband houdt en maak van uw kennis een practisch gebruik. Leer uw kinderen de wet van oorzaak en gevolg na te gaan. Leer hun, dat, wanneer ze gezondheid en geluk verlangen, zij de wetten der natuur moeten gehoorzamen. Al ziet u dan niet direct de gewenste verbetering, wees dan niet ontmoedigd, maar ga rustig en volhardend met uw werk door.GG 46.1

    Leer uw kinderen vanaf de wieg om zelfverloochening en zelfbeheersing in practijk te brengen. Leer hun te genieten van de schoonheid der natuur en, door een nuttig gebruik, systematisch alle krachten van lichaam en geest te oefenen. Breng ze zo groot, dat ze een gezonde lichaamsgesteldheid, een goed karakter, een zonnig temperament en een zacht humeur hebben. Grif in hun teer verstand de waarheid, dat het niet Gods bedoeling is dat we leven voor tijdelijke genoegens maar voor ons eeuwig welzijn. Leer hun, dat het toegeven aan verleiding zwak en zondig is; die te weerstaan is echter karaktervol en mannelijk.GG 46.2

    Deze lessen zullen zijn als zaad, gestrooid in een vruchtbare grond, en zij zullen vruchten dragen, die uw harten zullen verblijden.GG 46.3

    Maar boven alles, laten de ouders hun kinderen omringen met een atmosfeer van standvastigheid, medeleven en liefde. Een huis waar de liefde woont, en waar deze tot uiting komt in blikken, woorden en daden, is een plaats waar de engelen zo gaarne vertoeven.GG 46.4

    Ouders, laat de zonneschijn der liefde, opgewektheid, en gelukkige tevredenheid uw eigen harten binnenstromen, en laat haar zoete, verwarmende invloed uw huis doortrekken. Openbaar een vriendelijke, vergevingsgezinde geest; en moedig dat ook aan bij uw kinderen, door alle goede gaven te cultiveren, die het huiselijke leven zullen veraangenamen. De aldus geschapen atmosfeer zal voor de kinderen zijn wat lucht en zonneschijn betekenen voor de plantenwereld; zij zal de gezondheid en kracht van geest en lichaam bevorderen.GG 46.5

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents