Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 3 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    HOOFDSTUK 5—ONZE HOUDING TEGENOVER DE BURGERLIJKE MACHTHEBBERS

    1900, Vol. 6, blz. 394—397

    Door sommigen van onze broeders zijn vele dingen gesproken en geschreven die gezien worden als een bestrijding van regering en wet. Het is een fout dat we op deze wijze aanleiding geven tot een verkeerd begrip. Het is niet verstandig om aanhoudend critiek uit te oefenen op hetgeen de regering doet. Het is niet onze taak personen of instellingen aan te vallen. We moeten oppassen, anders gaat men van ons denken dat we oppositie voeren tegen de burgerlijke autoriteiten. Het is waar dat onze strijd ten aanval is gericht, maar onze wapenen moeten gevonden worden in een duidelijk “Zo zegt de Here”.USG3 42.3

    Ons werk is een volk voor te bereiden dat staan zal in de grote dag van God. Wij moeten ons niet op zijwegen begeven, wat strijd veroorzaakt of tegenstand opwekt bij hen die niet van ons geloof zijn.USG3 43.1

    Wij moeten niet werken op een wijze waarvan men zou kunnen zeggen dat we verraad voorstaan. Wij moeten uit onze geschriften en uitingen elke uitdrukking verwijderen die, op zichzelf genomen, als vijandig tegen wet en orde beschouwd zou kunnen worden. Alles moet nauwlettend worden nagegaan, anders krijgen we de naam dat we ontrouw tegenover ons land en zijn wetten aanmoedigen. Van ons wordt niet gevraagd dat we de autoriteiten wantrouwen. Er zal een tijd komen, wanneer, als gevolg van onze verdediging van Bijbelse waarheid, wij als verraders zullen behandeld worden; maar laat die tijd niet verhaast worden door ondoordachte bewegingen die haatdragendheid en strijd verwekken.USG3 43.2

    De tijd zal komen, dat ondoordachte uitdrukkingen van een veroordelend karakter, die door onze broeders zorgeloos zijn neergeschreven of gesproken, door onze vijanden gebruikt zullen worden om ons te veroordelen. Dezen zullen niet worden gebruikt om enkel diegenen te veroordelen die deze uitdrukkingen bezigden, maar zullen op de gehele beweging der Adventisten neerkomen. Onze beschuldigers zullen aanvoeren dat op die en die dag een van onze verantwoordelijke mannen dit of dat gezegd heeft tegen de uitoefening van de wetten dezer regering. Velen zullen verbaasd staan wanneer ze zien hoe men tal van dingen onthouden heeft, die aan de argumenten van onze tegenstanders kracht zullen verlenen. Velen zullen zich verwonderen hun eigen woorden te horen, waaraan een betekenis wordt toegekend die ze helemaal niet hebben bedoeld. Laten dus onze arbeiders ten allen tijde en onder alle omstandigheden nauwkeurig op hun woorden letten. Laten allen waakzaam zijn, opdat ze niet door roekeloze uitdrukkingen een tijd der benauwdheid brengen nog vóór de grote crisis, die de zielen der mensen zal beproeven, gekomen is.USG3 43.3

    Hoe minder wij directe beschuldigingen tegen de autoriteiten en machten inbrengen, des te groter zal het werk zijn dat wij kunnen doen zowel in Amerika als in vreemde landen. Vreemde volkeren zullen het voorbeeld van de Verenigde Staten navolgen. Hoewel de Verenigde Staten de leiding hebben, zal toch de zelfde crisis over geheel ons volk in alle delen der wereld komen.USG3 44.1

    Het is onze taak de wet van God groot te maken en te verheerlijken. De waarheid van Gods heilig Woord moet alom bekend gemaakt worden. Wij moeten de Schriften laten zien als de richtlijn van hef leven. In alle ootmoed, in de geest der genade, en in de liefde Gods moeten we de mensen wijzen op het feit dat de Here God de Schepper is van hemel en aarde, en dat de zevende dag de Sabbat des Heren is.USG3 44.2

    In de Naam des Heren moeten wij voorwaarts gaan om Zijn banier te ontvouwen en Zijn Woord te verkondigen. Wanneer de autoriteiten ons bevelen dit werk te staken; wanneer zij ons verbieden de geboden Gods en het geloof van Jezus uit te dragen, dan zal het nodig zijn evenals de apostelen te zeggen: “Oordeelt gij of het recht is voor God, ulieden meer te horen dan God. Want wij kunnen niet laten te spreken hetgeen wij gezien en gehoord hebben.” Handelingen 4:19, 20.USG3 44.3

    De waarheid moet gebracht worden in de kracht van de Heilige Geest. Dit alleen kan aan onze woorden kracht verlenen. Alleen door de kracht van de Heilige Geest zal de overwinning behaald en bevestigd worden. Hef menselijke werktuig moet gedreven worden door de Geest van God. De arbeiders moeten door de kracht van God bewaard worden door het geloof tot zaligheid. Zij moeten Goddelijke wijsheid bezitten, opdat niets zal gezegd worden dat de mensen ertoe zal brengen de weg voor ons te sluiten. Door de inscherping van geestelijke waarheid moeten wij een volk voorbereiden dat in alle ootmoed en vrees in staat zal zijn voor de hoogste autoriteiten in onze wereld een reden voor hun geloof te geven.USG3 44.4

    Wij moeten de waarheid brengen in al haar eenvoud, en praktische Godsvrucht voorstaan; en wij moeten dat doen in de geest van Christus. Het aan de dag leggen van zo’n geest zal op onze eigen ziel de beste invloed uitoefenen en van overtuigende kracht zijn voor anderen. Stel de Here in de gelegenheid te werken door Zijn eigen instrumenten. Verbeeld u niet dat het u mogelijk zal zijn plannen voor de toekomst uit te stippelen; erken dat God ten allen tijde en onder alle omstandigheden aan het roer staat. Hij zal werken door middelen die juist geschikt zijn en zal Zijn eigen volk bewaren, vermeerderen en opbouwen.USG3 45.1

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents