Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 2 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    VERANTWOORDELIJKHEID DER OUDERS

    Broeders en zusters, wilt u aan dit onderwerp niet een weinig aandacht schenken om dan na te gaan hoe u zich gedraagt in het huis Gods en wat u doet door woord en voorbeeld om eerbied in uw kinderen op te wekken? U schuift heel wat verantwoordelijkheid op de predikant en stelt hem verantwoordelijk voor de zielen van uw kinderen; maar u voelt niet uw eigen verantwoordelijkheid als ouders en onderwijzers om, evenals Abraham, uw gezin na u te bevelen dat ze zich houden aan de inzettingen des Heren. Uw zonen en dochteren zijn verdorven door uw eigen voorbeeld en lakse bevelen, en, niettegenstaande dit gebrek in de gezinsopvoeding, verwacht u van de predikant dat hij waf u dagelijks doet, ongedaan maakt en dat hij het zal klaarspelen om hun leven en hart op te voeden tot deugd en godsvrucht. Wanneer de predikant alles gedaan heeft waf hij kan door trouwe, gevoelvolle vermaning, geduldige discipline en vurig gebed om de ziel voorgoed te redden, maar nochtans daarin niét slaagt, staan vaders en moe ders vaak klaar om hem de schuld te geven dat hun kinderen niet bekeerd zijn, terwijl het misschien wel aan hun eigen nalatigheid ligt.USG2 207.2

    De last rust op de ouders; en zullen ze nu het werk op zich nemen dat God hun heeft toevertrouwd om dat getrouw uit te voeren? Willen ze alles doen wat ze kunnen, door te werken op een nederige, geduldige, volhardende wijze om zelf tot dat verheven peil te komen en ook hun kinderen daar te brengen? Geen wonder dat onze gemeenten zwak zijn en niet binnen in zich hebben die diepe, ernstige godsvrucht die ze moesten hebben. Onze huidige gewoonten en manier van doen die God onteren en die het heilige en hemelse beneden het peil van het alledaagse brengen, getuigen tegen ons. Wij hebben een geheiligde, toetsende, heiligende waarheid; en wanneer onze gewoonten en praktijken niet in overeenstemming zijn met de waarheid, dan zondigen we tegen een groot licht en zijn naar verhouding schuldig. Het zal in de dag van Gods oordeel voor de heidenen heel wat verdragelijker zijn dan voor ons.USG2 208.1

    In het weerkaatsen van het licht der waarheid kan een veel groter werk gedaan worden dan we nu doen. God verwacht van ons dat we veel vrucht zullen dragen. Hij verwacht groter ijver en meer trouw, vuriger inspanning van de individuele leden van de gemeente voor hun naasten en voor hen die Christus niet kennen. Ouders moeten hun werk beginnen vanuit een verheven standpunt. Allen die de Naam van Christus aanroepen moeten de gehele wapenrusting aandoen en smeken, waarschuwen en zoeken om meer zielen van de zonde te redden. Brengt allen mee om in het huis des Heren naar de waarheid te komen luisteren. We moeten veel meer doen dan we nu doen om zielen als een brandhout uit het vuur te rukken.USG2 208.2

    Het is helaas maar al te waar dat eerbied voor het huis Gods zo goed als verdwenen is. Heilige dingen en plaatsen worden niet meer onderscheiden; hef heilige en verhevene wordt niet meer gewaardeerd. Is er geen oorzaak voor het gebrek aan innige vroomheid in onze ge zinnen? Komt dat niet omdat men de verheven banier van de godsdienst door het stof laat slepen? Aan Zijn oude volk gaf God voorschriften aangaande de orde, volmaakt en nauwkeurig. Is Zijn karakter veranderd? Is Hij niet de grote en machtige God, Die heerst in de hemel der hemelen? Zou het niet goed voor ons zijn om vaak de richtlijnen te lezen die door God Zelf aan de Hebreeën gegeven zijn, opdat wij, die het volle licht van de heerlijke waarheid bezitten, hun eerbied voor het huis Gods mogen navolgen? We hebben meer dan overvloedig oorzaak om blijvend een vurige, vrome geest te koesteren in de aanbidding Gods. We hebben zelfs reden om in onze diensten meer ingetogenheid en meer eerbied aan de dag te leggen dan de Joden. Maar een vijand is aan het werk geweest om de heiligheid van de Christelijke eredienst te vernietigen.USG2 208.3

    De plaats die aan God gewijd is, moet geen zaal zijn waar ook wereldse zaken worden verhandeld. Wanneer de kinderen vergaderen om God te dienen in een vertrek dat gedurende de week gebruikt wordt voor school of bergplaats, zullen ze meer dan menselijk zijn, wanneer hun godsdienstige gedachten niet vermengd worden met de gedachten aan hun schoollessen of aan de dingen die gedurende de week in die zaal zijn gebeurd. De opvoeding en training van de kinderen moet zó zijn, dat daardoor een gevoel voor heilige dingen wordt gewekt en zuivere eerbied voor God in Zijn huis wordt aangemoedigd. Velen die belijden kinderen van de hemelse Koning te zijn, hebben geen zuiver gevoel voor de heiligheid van eeuwige dingen. Bijna allen moeten leren hoe ze zich in het huis Gods moeten gedragen. Ouders moeten hun kinderen niet alleen onderrichten maar ook bevelen om het heiligdom binnen te gaan met ingetogenheid en eerbied.USG2 209.1

    Het morele gevoel van de gelovigen in Gods heiligdom moet op een hoger peil komen, het moet veredeld en geheiligd worden. Deze aangelegenheid is helaas totaal veronachtzaamd. De belangrijkheid daarvan heeft men over het hoofd gezien, met als gevolg dat wanorde en oneerbiedigheid zijn gaan overheersen en God oneer is aangedaan. Wanneer de leiders van de gemeente, predikanten en leden, vaders en moeders van die aangelegenheid geen verheven inzicht hebben gehad, wat kan men dan verwachten van onervaren kinderen? Te vaak ziet men ze in groepjes, zonder de ouders, onder wier hoede ze hadden moeten zijn. Niettegenstaande ze in de tegenwoordigheid Gods zijn en Zijn oog op hen rust, zitten ze over beuzelingen te fluisteren en te lachen, terwijl heel hun houding getuigt van onoplettendheid en oneerbiedigheid. Zelden wordt hun onder het oog gebracht dat de predikant Gods gezant is, dat de boodschap die hij brengt, één van Gods verordineerde middelen is om zielen zalig te maken, en dat voor allen die dit voorrecht binnen hun bereik hebben, dat zal zijn als een reuk des levens ten leven of des doods ten dode.USG2 209.2

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents