Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 2 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    TEKORTKOMINGEN VAN LERAARS

    Velen van onze leraars moeten veel afleren en vele dingen van verschillende aard aanleren. Tenzij zij bereid zijn dit te doen — tenzij ze grondig vertrouwd worden met het Woord Gods en zich verdiepen in het bestuderen der heerlijke waarheden aangaande het leven van de Grote Leraar — zullen zij juist de dwaalbegrippen aanmoedigen die God wil verbeteren; Plannen en denkbeelden die men niet moet aanhangen, zullen zich griffen in hun verstand, en in alle eerlijkheid zullen zij komen tot verkeerde en gevaarlijke besluiten. Zo zal zaad, dat geen volwaardig graan is, gezaaid worden. Tal van gewoonten en gebruiken die algemeen zijn in het onderwijs en die misschien beschouwd worden als van weinig belang, kunnen nu op onze scholen niet ingevoerd worden. Het mag misschien voor leraars moeilijk vallen om lang gekoesterde denkbeelden en methoden op te geven, maar wanneer zij zich eerlijk en ootmoedig bij elke stap afvragen: “ls dit de weg des Heren?” en zich willen onderwerpen aan Zijn leiding, zal Hij hen op veilige paden leiden en zullen hun inzichten veranderen door ervaring.USG2 448.2

    De leraars op onze scholen moeten de Schriften onderzoeken tot zij deze persoonlijk voor zichzelf verstaan, en hun harten openstellen voor de kostelijke lichtstralen die God gegeven heeft, en daarin wandelen. Dan zullen zij van God geleerd worden en arbeiden in volkomen andere richtlijnen, zodat ze in hun onderwijs minder theorieën en gevoelens brengen van mensen die nooit met God gemeenschap hebben gehad. Zij zullen de eindige wijsheid veel minder waarde toekennen en een diepe zielehonger voelen voor die wijsheid die van God komt.USG2 449.1

    Op de vraag die Christus de twaalven stelde: “Wilt gijlieden ook niet weggaan?” antwoordde Petrus: “Here, tot wie zullen wij henengaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens; en wij hebben geloofd en erkend dat Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods”. Johannes 6 : 67—69. Wanneer leraars deze woorden toepassen in het werk in hun klaslokalen, zal de Heilige Geest aanwezig zijn om Zijn werk te doen op verstand en hart.USG2 449.2

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents