Loading...
Larger font
Smaller font
Copy
Print
Contents
Uit De Schatkamer Der Getuigenissen, vol. 2 - Contents
  • Results
  • Related
  • Featured
No results found for: "".
  • Weighted Relevancy
  • Content Sequence
  • Relevancy
  • Earliest First
  • Latest First
    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents

    RESULTATEN VAN BIJBELCRITIEK

    In plaats van de ziel wijd open te stellen ten einde de lichtstralen des hemels op te vangen, hebben som-migen gewerkt in een tegengestelde richting. Zowel door middel van het gedrukte woord als van af de kansel zijn zienswijzen geopenbaard ten aanzien van de inspiratie des Bijbels die niet de goedkeuring hebben van de Geest of van het Woord Gods. Zeker is het dat niemand, ook geen groep van mannen, theorieën moet gaan ver-kondigen van een onderwerp van zó groot belang, zonder dat dit geschraagd wordt door een duidelijk “Zo zegt de Here”. En wanneer mannen, behept met menselijke zwakheden, min of meer beïnvloed door omringende invloeden, met overgeërfde en aangekweekte neigingen die hen helemaal niet wijs of hemelsgezind maken, het wagen hef Woord van God te bestrijden, en een oordeel te vellen over wat Goddelijk en wat menselijk is, dan werken ze zonder de raad Gods. De Here zal zo’n werk niet doen bloeien. De uitwerking zal rampspoedig zijn, zowel voor degene die daarmee bezig is als voor hen die het aannemen als een werk van God. Door het verkondigen van die theorieën aangaande het wezen der inspiratie is bij velen twijfel ontstaan. Sterfelijke wezens in al hun kortzichtigheid voelen zich bekwaam om critiek uit te oefenen op de Schriften, zeggende: “Dit gedeelte is nodig en dat gedeelte is niet nodig, want dat is niet geïnspireerd.”USG2 332.1

    Christus gaf zulk een opdracht niet ten aanzien van de Schriften van het Oude Testament, het enige deel van de Bijbel dat de mensen in Zijn tijd bezaten. Zijn onderwijs had de opzet hun gedachten te leiden tot het Oude Testament en de grote onderwerpen daarin in een helderder licht te plaatsen. Eeuwen lang had het volk Israël zich van God afgescheiden, en voor de kostelijke waarheden die Hij hun had overgegeven, hadden ze geen oog meer. Deze waarheden waren overtrokken met bij-gelovige vormen en ceremoniën die hun ware betekenis verborgen hielden.USG2 332.2

    Christus kwam om het vuilnis weg te nemen dat hun glans had verduisterd. Hij zette ze als kostbare juwelen in een nieuwe zetting. Verre van Zijn minachting te tonen voor die oude, vertrouwde waarheden, liet Hij zien dat Hij gekomen was om ze te doen verschijnen in al hun ware kracht en schoonheid, de heerlijkheid die de mensen van Zijn tijd nooit hadden ontdekt. Zelf de Bron zijnde van deze geopenbaarde waarheden, kon Hij voor de mensen hun ware betekenis blootleggen en ze bevrijden van de verkeerde uitleggingen en valse theorieën, aangenomen door de leiders om ze in overeenstemming te brengen met hun persoonlijke ongeheiligde toestand, hun ware geestelijke gesteldheid en gebrek aan liefde voor God. Hij nam weg wat deze waarheden had beroofd van leven en vitale kracht, en gaf ze in al hun oorspronkelijke frisheid en kracht terug aan de wereld.USG2 333.1

    Wanneer wij de Geest van Christus bezitten en Zijn medearbeiders zijn, is het onze taak het werk dat Hij begonnen is voort te zetten. Opnieuw zijn de waarheden van de Bijbel verduisterd geworden door gewoonte, overlevering en valse leerstelling. De dwaalleringen van de moderne theologie hebben duizenden en duizenden tof twijfelaars en ongelovigen gemaakt. Er zijn dwalingen en ongerijmdheden, door velen aangenomen als de leer van de Bijbel, welke niets anders zijn dan valse uitleggingen van de Schriften, aangenomen gedurende de eeuwen van pauselijke duisternis. Massa’s zijn er toe gebracht een verkeerd begrip van God te gaan koesteren, zoals de Joden die misleid waren door de dwalingen en overleveringen van hun tijd, een verkeerd begrip van Christus hadden. “Indien zij ze gekend hadden, zo zouden ze de Here der heerlijkheid niet gekruisigd hebben.” 1 Corinthe 2 : 8. Het is onze taak, aan de wereld het karakter van God te openbaren. In plaats van critiek op de Bijbel uit te oefenen, moeten we trachten door lering en voorbeeld aan de wereld zijn geheiligde, levengevende waarheden te brengen, opdat we “zouden verkondigen de deugden Desgene Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht”.USG2 333.2

    De verkeerdheden die zo langzamerhand bij ons zijn binnen geslopen, hebben onmerkbaar personen en gemeenten afgeleid van de eerbied voor God en hebben de kracht die Hij hun zo gaarne wil geven, weggesloten.USG2 334.1

    Mijn broeders, laat het Woord van God staan zoals het geschreven is. Laat geen menselijke wijsheid zich aanmatigen iets af te doen van de kracht van een Bijbels gezegde. De ernstige bedreiging in de Openbaring waarschuwt ons daartegen. In de naam van mijn Meester bid ik u: “Trekt uw schoenen uit van uw voeten, want de plaats waarop gij staat, is heilig land.”USG2 334.2

    De Bijbel, met zijn kostbare juwelen der waarheid, was niet alleen voor de geleerde geschreven. Integendeel, hij was bedoeld voor het gewone volk en de uitleg, gegeven door het gewone volk; wanneer daarbij de hulp was van de Heilige Geest, harmoniëert best met de waarheid zoals die in Jezus is. De grote waarheden die noodzakelijk zijn voor de zaligheid, zijn helder als glas gemaakt, en niemand zal van de weg afdwalen dan zij die hun eigen oordeel volgen in plaats van de duidelijk geopenbaarde wil van God. — 1885, vol. 5, blz. 331.USG2 334.3

    Ik zag dat velen wier hart daarnaar uitgaat, meer dan voldoende gelegenheid hebben om aan de inspiratie en waarheid van Gods V/oord te twijfelen. God dwingt niemand om te geloven. Ze staan voor de keuze om te betrouwen op de bewijzen die Hij goedgunstig heeft willen geven, of die in twijfel te trekken en te vergaan. — 1864, vol. 1, blz. 427.USG2 334.4

    De Joden zagen uit naar de Messias, maar Hij kwam niet zoals zij altijd voorzegd en gedacht hadden, en zou Hij aangenomen worden als de Beloofde Heiland, dan zouden hun zeer geleerde leraars moeten erkennen, dat ze gedwaald hadden. Deze leiders hadden zich van God afgescheiden, en Satan beïnvloedde hun geest om de Heiland te verwerpen. Liever dan hun hovaardij te ver zaken, sloten ze de ogen voor al de bewijzen van Zijn Messiasschap, en zij verwierpen de boodschap der zaligheid niet enkel voor zichzelf, maar zij zetten de harten van het volk tegen Jezus op. Hun geschiedenis moet een ernstige waarschuwing voor ons inhouden.USG2 334.5

    We behoeven nooit te verwachten dat, wanneer de Here licht voor Zijn volk heeft, Satan zich rustig zal houden en niet zal trachten dat te beletten. Hij zal op de harten werken om wantrouwen en jaloersheid en ongeloof te verwekken. Laat ons oppassen dat we het licht dat God zendt, niet weigeren, omdat het niet komt op een wijze die ons behaagt. Laat Gods zegen niet van ons afgewend worden omdat we de tijd onzer bezoeking niet kennen. Zijn er sommigen die het licht zelf niet zien of aannemen, laten ze dan niet anderen in de weg gaan staan. Laat niet gezegd worden van dit zeer begunstigd volk wat van de Joden werd gezegd toen de blijde boodschap van het Koninkrijk hun gepredikt werd: “Gijzelf zijt niet ingegaan, en die ingingen, hebt gij verhinderd.” Lucas 11 :52. — 1889, vol. 5, blz. 728.USG2 335.1

    * * * * *

    Larger font
    Smaller font
    Copy
    Print
    Contents